
Landbouw & Voeding
Boeren en stedelingen lijken ver uit elkaar gegroeid te zijn. Want ‘de stadsmens’ wil dat koeien in de weide staan, lammetjes buiten kunnen dartelen en varkens liggen te wroetten in de modder.
Tegelijk wordt in de supermarkt niet verder gekeken dan de prijs van de kiloknaller of de bonusaanbieding.
De winst wordt gemaakt in de tussenhandel terwijl de boer nauwelijks zijn kosten weet te dekken. Druk vanuit veranderde regelgeving en nieuwe consumentenwensen maken het bestaan van boeren bij tijd en wijle behoorlijk uitdagend.
Negatief daglicht
Voedselschandalen en uitbraken van ziekten in de veehouderij, zoals gekke koeienziekte, mond en klauwzeer of de varkenspest rond de eeuwwisseling hebben het beeld van veel consumenten behoorlijk beïnvloed. Organisaties als ‘Varkens in Nood’ of de Partij voor de Dieren hebben op deze maatschappelijke golven kunnen ontstaan, zonder dat de landbouw daarop een goed antwoord wist te formuleren.
Daar komt nog bij dat het overvloedige gebruik van bestrijdingsmiddelen, kunstmest en grootschalige monocultuur een verwoestend effect heeft gehad op de biodiversiteit, landschap en het klimaat.
Hoewel er veel is veranderd in de landbouw (als klein voorbeeld: toen ik in 1996 in de Flevopolder kwam wonen werden er nog bestrijdingsmiddelen gespoten met vliegtuigen! Nu wordt in de precisielandbouw op basis van de GPS-locatie exact gegeven wat er nodig is om en plaag of ziekte te bestrijden en zouden vliegtuigen ondenkbaar zijn) is het beeld van de landbouw vaak nog negatief.
Underdog
Probleem is dat de grote landbouworganisaties of boerenspreekbuizen de sector graag neerzetten als het grote slachtoffer van de verkeerde beeldvorming en onmogelijke regels voor een gezonde bedrijfsvoering ter bescherming van milieu en dierwelzijn. Dat is natuurlijk ook niet het geval.
Boeren zijn mensen die meestal leven in hun werk, in hun bedrijf. Waarvoor hun baan meer is dan alleen het inkomen, maar onderdeel van hun identiteit. Daardoor gaan veranderingen soms langzaam en zijn ze vaak zeer ingrijpend voor betrokkenen.
Maar wat een boer uiteindelijk wil is, voor een redelijke prijs, een gezond product leveren dat kan dienen tot voedsel van de medemens.
Bondgenoten
Boeren en burgers zijn veel vaker dan nu wordt gedacht elkaars bondgenoten. Maar dat vraagt aanpassing van beide kanten. Burgers willen dat koeien in de weide lopen en varkens in de modder wroeten. Maar diezelfde burger koopt als consument het liefste de goedkoopste merkloze melk of de goedkoopste kiloknaller. Beiden kan niet samengaan.
Boeren moeten tegelijk bereid zijn om openheid te geven over hun werkwijze en beweegredenen. Niet bang zijn voor de kritiek die daarop komt omdat de samenleving misschien opnieuw geleerd moet worden wat voedsel is en hoe dat wordt geteeld en bereid.
Veranderingen
Maar natuurlijk moet er nog veel veranderen in de landbouw. Met name de veehouderij drukt te zwaar op de omgeving. Het aantal dieren zal in de komende jaren dramatisch moeten worden terug gebracht. De afschaffing van het melkquotum heeft laten zien dat de marktwerking en de sector zelf dat niet kunnen reguleren.
Dat betekend dat er dierrechten ingevoerd zouden moeten worden die jaarlijks afnemen naar een schaal waarop het voor de omgeving, het milieu en landschap weer behapbaar is. Natuurlijk moet zo’n proces geleidelijk gaan waarin boeren de kans hebben om hun investeringen terug te verdienen en bedrijven op een goede manier te beëindigen of over te schakelen naar een andere bron van inkomsten.
Maar ook de monocultuur van de akkerbouw en het gebruik van landbouwgif (al heeft de sector het liever over het positiever klinkende ‘gewasbeschermingsmiddelen) in de tuinbouw en bollenteelt heeft een verwoestend effect op de biodiversiteit. Meer aandacht én maatregelen voor de versterking van de biodiversiteit is niet alleen in het belang van de natuur, maar ook noodzaak voor de boeren. Want (kort door de bocht) zonder bijen geen bevruchting.
Zonder boeren geen steden
Ook op de geglobaliseerde wereldmarkt zijn het nog altijd onze eigen boeren die een zeer belangrijke rol spelen in de voedselvoorziening van onze steden. Maar niet alleen voor voedsel zijn boeren van grote waarde. Want het zijn ook vaak boeren met windmolens op hun land of zonnepanelen op de schuren die veel energie opwekken.
Veel stedelingen fietsen “even de natuur in” als ze langs de landerijen rond de steden rijden. Deze agrarische natuur is voor velen even ontspanning zoeken en de drukte ontvluchten. Boeren produceren landschap en natuur om te kunnen ontspannen en recreëren. Een vitaal platteland geeft de stad dus levensruimte.
Artikelen op mijn weblog over landbouw:
Dronten, pak die kansen in de landbouw!
De kansen voor de landbouw liggen in Dronten voor het oprapen. Maar dan moet de gemeente de moed hebben te kiezen en over de grenzen van haar zelf opgelegde beperkingen heen durven kijken. Als Dronten durft zou ze hét Kenniscentrum Bodemvruchtbaarheid in Europa moeten...
70 jaar Warmonderhof
Afgelopen zaterdag vieren honderden (oud-) leerlingen en (oud-) medewerkers tijdens een grote reünie de 70-ste verjaardag van Warmonderhof. De oudste opleiding voor biologisch-dynamische landbouw ter wereld die in 1947 startte in Warmond en sinds 1992 in Dronten is...
Zomeravond Koffie – Boeren natuur
Gisteren maakte ik in het kader van mijn Zomeravond koffie een uitstap naar het Drentse Zuidwolde. Iris Bouwers, collega gemeenteraadslid voor het CDA in Dronten, vormt daar met haar ouders een maatschap in het gemengde akkerbouw/vleesvarkens bedrijf.
Iris woont in Dronten omdat ze studeert aan de Aeres Hogeschool hier in het dorp. Maar haar roots liggen op de zandgronden aan de rand van de Veenkoloniën. Boeren in een totaal ander landschap dan dat we hier in Flevoland hebben. Maar bovenal ook op een totaal andere grond.